Op het moment van schrijven van dit artikel is het 1 juli. De dag van Keti Koti, de dag van de viering van de ‘ketenen gebroken’.
De dag waarop in 1863 21 vreugdeschoten klonken in Paramaribo en Willemstad. Waarmee tot slaaf gemaakten er formeel vrij werden verklaard. Marten Douwes Teenstra, groot voorstander tot afschaffing van de slavernij, heeft het nog net kunnen meemaken…. Niet te Paramaribo trouwens; hij woonde al sinds 1834 in Ulrum. Hij stierf in 1864, dus een jaar na de afschaffing van de slavernij. Overigens duurde het nog wel tot 1873 voor de slaven echt vrij waren. Want ze waren verplicht nog 10 jaar te blijven werken op de plek waar ze zaten.
Keti Koti
Op 1 juli dus de KetiKoti. In Suriname is het een officiële feestdag. Een dag van herdenken en vieren. Ook in diverse Nederlandse steden wordt dit de laatste jaren gedaan. En nu in 2021, 158 jaar na de afschaffing van de slavernij, is er excuus aangeboden.
Excuses niet namens de individuele burger, maar namens het (Amsterdams) stadsbestuur. Omdat ‘Amsterdam langdurig betrokken was bij de organisatie van slavenhandel en slavernij.’ In 2019 was al door de raad gevraagd om dit te doen, maar de wethouder wilde eerst laten onderzoeken welke rol de gemeente had gespeeld. Dat bleek veel. Uit het in 2020 gepubliceerde onderzoek bleek dat het Amsterdamse stadsbestuur ‘direct, op grote schaal, langdurig en op veel verschillende manieren betrokken was bij de slavernij’.
Ook andere steden onderzoeken hun rol. De burgemeester van Rotterdam, Aboutaleb, riep in 2018 (ook) het kabinet op om excuus te maken.
Andere landen hebben al excuses uitgesproken, zoals Benin, Ghana en de VS. In Engeland de steden Liverpool en Londen.
Namens de Nederlandse regering werd door ministers in 2001 ‘diepe spijt, neigend naar berouw’ uitgesproken, en in 2013 ‘diepe spijt en berouw, over hoe Nederland is omgegaan met de menselijke waardigheid.’
Landelijke excuses
Maar excuses komen er voorlopig niet (Rutte, NOS journaal 12-2-2021): ‘Als kabinet hebben wij niet besloten om die excuses te maken’. Volgens hem was de slavernij te lang geleden en zou het debat over excuses volgens hem juist “tegenstellingen aanjagen”.
Er zijn voor- en tegenstanders van excuses aanbieden. 55% van de Nederlandse bevolking is tegen, 31% vindt dat die excuses er wel moeten komen, 14% weet het niet.
Tegenstanders vinden vooral dat je mensen die nu leven niet verantwoordelijk kunt houden voor acties van vorige generaties. Alle direct betrokkenen zijn inmiddels al dood. En het einde zou dan zoek zijn. Je zou dan in theorie voor talloze dingen excuses kunnen gaan maken.
Voorstanders vinden dat het vooral “om erkennen gaat. En daarmee een manier om mensen bewuster te maken van hoe de geschiedenis doorwerkt in het heden. En kijkend naar de toekomst, wat kunnen we doen om de verhoudingen recht te trekken. Dan kun je ook weer werken aan richting begrip.”
In een filmpje van NOS op YouTube: “Het is een erkenning van leed wat is aangedaan. Van een hele zware duistere periode voor heel veel mensen.”
Landelijke feestdag
Ook in reacties op facebook en nieuwssites kom je diverse meningen tegen.
Naast het wel of niet excuses gaan geven loopt ook de discussie of Keti Koti tot een nationale feestdag gemaakt zou kunnen worden. Op 29 juni werd de grens van 40.000 handtekeningen bereikt, waardoor de Tweede Kamer het burgerinitiatief moet behandelen.
Ook daarop veel reacties. Zoals ‘laten ze eerst 4 en 5 mei maar officiële vrije dagen maken”, en “stop toch met die onzin. I love Zwarte Piet”. Ook meningen dat “meer aandacht moet komen voor de Nederlandse geschiedenis, inclusief de negatieve kanten ervan, zoals het slavernijverleden. Dat kan via onderwijs of een nieuw nationaal historisch museum”, aldus kamerlid Inge van Dijk. „Je hoeft niet voor alles een nationale feestdag te organiseren om er toch bij stil te staan.”
En wat is de waarde van een excuus?
Het gaat in ieder geval een stuk verder dan alleen spijt uitspreken. Met excuus toon je medeleven. Maar met het maken van excuus zet je ook een stap richting het nemen van verantwoordelijkheid.
Nederland deed het eerder in Indonesië. Op 10-3-2020 sprak koning Willem Alexander ‘spijt en excuses voor geweldsontsporingen van Nederlandse zijde’ ten tijde van de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog (1947-1949). En de Nederlandse regering (Rutte, 26-1-2020) maakte excuses voor de hulp aan de Duitsers bij de Holocaust ‘excuses namens de regering voor het overheidshandelen van toen.’
Waarom dan niet voor de slavernij?
Het nemen van verantwoordelijkheid kan ook juridische gevolgen hebben. Voor eventuele herstelbetalingen. Volgens advocaat Sprong (25-6-2019) is dat echter wel een heel moeilijk juridisch proces.
Ik schat in dat het net als de zwarte pieten kwestie nog wel heel veel discussie zal geven.
Wat al wel zeker is; een herdenkingsjaar in 2023 met extra aandacht voor het Nederlandse slavernijverleden.
Teenstra
In eerdergenoemd NOS-filmpje wordt ook een tijdschrift ‘Bijdragen tot de Kennis der Nederlandsche en vreemde Koloniën, bijzonder betrekkelijk de Vrijlating der Slaven’ aangehaald. Natuurlijk heb ik even gekeken of Teenstra daar ook een bijdrage in had gedaan. En jawel, in het tijdschrift (pag 247-249) ook een brief van Marten Douwes. Die in 1845 in de Tweede Kamer is behandeld.
In mijn boekenkast staat ook al een tijd het boekje Sporen van het slavernij- verleden in Groningen (2016, uitgeverij Passage). Daarin op pagina 104-105 een artikel over Teenstra.
Uit het boekje blijkt dat niet alleen in de stad Groningen maar ook op het platteland (o.a. bij de borgen) een link is gevonden naar de slavernijperiode.
Ook Friesland heeft kortgeleden een dergelijk boekje uitgegeven in april 2021. Rotterdam en Amsterdam nu ook, en andere steden zoals Den Haag en Utrecht werken er aan.
Het is een actueel thema.
Anno 1834
Niet alleen een 1834-link naar Teenstra. Dominee Hendrik de Cock werd geschorst. Door het Provinciaal Kerkbestuur werd hem een verklaring voorgelegd die hij binnen een half jaar moest ondertekenen. Waarin excuses voor zijn handelen. De Cock heeft niet getekend.
Jaap Tuma
bronvermelding:
nos.nl; youtube.com; books.google.nl; Sporen van het slavernijverleden in Groningen (M. Fokken en B. Henkes).