In deel 8 lazen we dat, na het bezoek van ds Scholte uit Doeveren en de houding van de kerkelijke en wereldlijke overheden, De Cock begreep dat terugkaar naar het oude geloof niet binnen de Hervormde kerk mogelijk was en afscheiden de enige optie was, hetgeen gebeurde op 14-10-1834. De zondag daarop kon De Cock, gehinderd door veldwachters, niet preken vanaf de preekstoel. Hij preekte vanaf de bank, ’s middags vanuit de pastorieschuur. Hoe zou dat de volgende zondag worden? Lees verder “soldaten naar Ulrum”
De afscheiding
In deel 6 lazen we dat De Cock op 19-12-1833 voor het dopen van kinderen buiten de gemeente op het matje werd geroepen bij het Classikaal Bestuur, maar veroordeeld werd voor een door hem geschreven brochure. En op 1-4-1834 door het Provinciaal Kerkbestuur werd geschorst zonder behoud van traktement, gevolgd op 29-5-1834 met definitieve ontzetting uit het ambt. De Synode bood hem nog een half jaar de tijd om zich te bezinnen, maar De Cock ondertekende niet. Op donderdag 9-10-1834 kwam De Cock zijn vriend en geestverwant dominee H.P. Scholte uit het Brabantse Doeveren naar Ulrum. Lees verder “De afscheiding”
de bekeerde De Cock
In deel 5 zagen we dat dominee Hendrik de Cock, toen hij in Ulrum stond, zich bekeerde tot de oude gereformeerde leer zoals die is vastgesteld op de synode van Dordrecht (1618-1619) en daarmee veel aanhangers trok. We lezen verder in het boek “Spanningen en Konflikten; Verkenningen rondom de Afscheiding van 1834” van J.S. van Weerden (1967) … Lees verder “de bekeerde De Cock”
Conventikels
We zagen dat met de val van de landadel (Asinga) de collatierechten, het recht om een dominee te beroepen, in handen kwamen van de nieuwe elite; een groep van 14 vooraanstaande boeren. En dat er sociale onvrede heerste doordat deze heren-veertien niet tot nauwelijks aan de kerk verbonden waren. Maar deze sociale onvrede was niet de enige onvrede die heerste binnen de kerk… Lees verder “Conventikels”
De Heren-veertien
In het vorige verhaal beschreven wij in grote lijnen de politieke en maatschappelijke situatie plm. 1834 in de wereld rond Ulrum, die ver weg was maar toch ook hier in meer of mindere mate de gang van zaken beïnvloedde. Van meer directe invloed op het dagelijks leven van de Ulrumers waren natuurlijk… Lees verder “De Heren-veertien”